Als de hertog van Brabant sterft is er geen twijfel mogelijk over de opvolging. Zoon Siegfried staat klaar om de scepter over te nemen. Hij is jong en krijgshaftig, precies wat er nodig is, nu de koning van Duitsland zijn leiderschap vraagt bij het verslaan van de Hunnen, die dreigen de landsgrenzen te overschrijden.
De schrik is dan ook groot als Siegfried plotseling in het niets verdwijnt. De ambitieuze graaf Telramund beweert met grote stelligheid dat de schuld gezocht moet worden bij Siegfrieds’ zuster Elsa. Een betrouwbare getuige zag Elsa met haar broer het bos ingaan, waarna ze alleen terugkeerde. Hij beschuldigt haar van broedermoord, een vergrijp waarop de brandstapel staat.
De Duitse koning verschijnt om recht te spreken. Hij vraagt welke ridder in een gevecht Elsa’s eer wil verdedigen. Niemand durft het echter tegen de krachtpatser Telramund op te nemen. Elsa zelf ziet het met lede ogen aan, stapt tenslotte naar voren en neemt het woord. In een droom is haar een ridder in een schitterend harnas verschenen. Hij werd over de rivier voortgetrokken door een zwaan. Deze ridder zal haar eer verdedigen. Daar is ze zeker van. Terwijl Telramud haar voor gek verklaart, klinkt er in de verte hoorngeschal. Er verschijnt een boot aan de horizon. Op die boot staat een man, wiens harnas een verblindend licht weerkaatst. Zijn boot wordt aangedreven door een zwaan. Zodra de ridder van boord stapt, grijpt hij zijn zwaard om de eer van Elsa van Brabant te verdedigen. Elsa is diep onder de indruk van haar held, maar al snel slaat de twijfel toe. Wie is deze man en waarom wil hij zijn naam en afkomst niet onthullen. Is hij wel te vertrouwen?